JOL 2006, 457
Invordering. Verrekening; reikwijdte art. 24 Iw 1990 (uitsluiting verrekening op de voet van het BW). Zowel uit de tekst van art. 24 Iw 1990 als uit de parlementaire geschiedenis blijkt dat de in dat artikel bedoelde uitsluiting van de verrekening op de voet van het BW is beperkt tot, kort gezegd, belastingvorderingen. In een geval als het onderhavige, waarin de voorzieningenrechter — onbestreden in cassatie — heeft vastgesteld dat zowel de schuld van de Ontvanger aan thans eiser tot cassatie als de vordering van de Ontvanger op eiser civielrechtelijk van aard is, staat art. 24 Iw 1990 dan ook niet aan verrekening op de voet van het BW in de weg.
HR 14-07-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AV7892
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 juli 2006
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C05/117HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AV7892
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AV7892, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑07‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AV7892, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑07‑2006
Essentie
Invordering. Verrekening; reikwijdte art. 24 Iw 1990 (uitsluiting verrekening op de voet van het BW).
Zowel uit de tekst van art. 24 Iw 1990 als uit de parlementaire geschiedenis blijkt dat de in dat artikel bedoelde uitsluiting van de verrekening op de voet van het BW is beperkt tot, kort gezegd, belastingvorderingen. In een geval als het onderhavige, waarin de voorzieningenrechter — onbestreden in cassatie — heeft vastgesteld dat zowel de schuld van de Ontvanger aan thans eiser tot cassatie als de vordering van de Ontvanger op eiser civielrechtelijk van aard is, staat art. 24 Iw 1990 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.