RvdW 2006, 395
Echtscheiding; verwerping pensioenverweer als bedoeld in art. 1:153 lid 1 BW en van daarmee samenhangend bewijsaanbod. Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
HR 14-04-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU9241
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 april 2006
- Magistraten
Mrs. H.A.M. Aaftink, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop
- Zaaknummer
R05/088HR
- Conclusie
A-G Keus
- LJN
AU9241
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU9241, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑04‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU9241, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑04‑2006
Essentie
Echtscheiding; verwerping pensioenverweer als bedoeld in art. 1:153 lid 1 BW en van daarmee samenhangend bewijsaanbod. Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
Partij(en)
[De vrouw], te [woonplaats], verzoekster tot cassatie, adv. mr. B.D.W. Martens,
tegen
[De man], te [woonplaats], verweerder in cassatie, adv. mr. J. van Duijvendijk-Brand.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Op 27 februari 2004 heeft verweerder in cassatie — verder te noemen: de man — bij de rechtbank te Maastricht een verzoekschrift tot echtscheiding met nevenvoorzieningen ingediend. Dit verzoekschrift is op 3 maart 2004 aan verzoekster tot cassatie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.