HR, 27-05-2005, nr. R04/088HR

Documentgegevens:

HR 27-05-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AS7054, m.nt. I.J. Pieters

Instantie: Hoge Raad
Datum: 27 mei 2005
Zaaknummer: R04/088HR
Noot: I.J. Pieters
LJN: AS7054
JCDI: JCDI:ADS877764:1
Vakgebied(en): Personen- en familierecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2005:AS7054, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑05‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AS7054, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑05‑2005
Wetingang: EVRM art. 6 lid 1; BW art. 1:252; BW art. 1:253c lid 1; BW art. 1:253e

Essentie

Op grond van het EVRM moet art. 1:253c lid 1 BW aldus worden uitgelegd dat een nimmer gehuwde vader om toekenning van gezamenlijk gezag over een kind kan verzoeken

Uitspraak

Feiten

De vader en de moeder hebben een affectieve relatie met elkaar gehad die in maart 1999 is geëindigd. Het kind is in 1995 uit deze relatie geboren. De moeder is van rechtswege belast met het gezag over het kind, dat bij haar woont. De vader heeft het kind erkend.

Procesverloop

De vader heeft de kantonrechter te Apeldoorn primair verzocht om het gezag ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.