RvdW 2005, 77
Rijkswet op het Nederlanderschap; art. 4 (oud). Internationaal privaatrecht; erkenning van in buitenland gedane erkenning van een kind door een Nederlandse gehuwde man: strijd met openbare orde?; oud recht; Wet conflictenrecht afstamming.
HR 27-05-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AS5109
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 mei 2005
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven
- Zaaknummer
R04/074HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AS5109
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht (V)
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AS5109, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑05‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AS5109, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑05‑2005
- Wetingang
Rijkswet op het Nederlanderschap art. 4 (oud)
Essentie
Rijkswet op het Nederlanderschap; art. 4 (oud). Internationaal privaatrecht; erkenning van in buitenland gedane erkenning van een kind door een Nederlandse gehuwde man: strijd met openbare orde?; oud recht; Wet conflictenrecht afstamming.
Niet eerst door de inwerkingtreding (op 1 januari 2003) van de Wet conflictenrecht afstamming (Wca) is komen vast te staan dat het verbod van erkenning van een kind door een Nederlandse gehuwde man van zodanig fundamentele betekenis is dat een ondanks dat verbod in het buitenland gedane erkenning in Nederland wegens strijd met de openbare orde niet kan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.