RAR 2005, 87
CAO. Uitleg. Pensioen. Hoe moeten bepalingen van CAO's worden uitgelegd?
HR 20-05-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AS5255
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 mei 2005
- Magistraten
Mrs. P. Neleman, D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop, E.J. Numann
- Zaaknummer
C04/065HR
- Conclusie
A‑G Verkade
- LJN
AS5255
- JCDI
JCDI:ADS870395:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
Juridische beroepen / Rechter
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AS5255, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑05‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AS5255, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑05‑2005
- Wetingang
Essentie
Hoe moeten bepalingen van CAO's worden uitgelegd?
Samenvatting
Van den Berg, werkgeefster, vordert als eiseres in eerste aanleg een verklaring voor recht dat zij niet valt onder de werkingssfeer van de CAO inzake enkele Sociale Fondsen Agrarische Sectoren (SOFAS-CAO), de CAO inzake Vervroegde Uittreding Agrarische Sectoren (SUWAS-CAO) en de Ministeriële Beschikking inzake Verplichtstellen tot deelnemen in het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw (Beschikking BPL) en vordert reeds aan de Stichtingen betaalde bedragen terug. Aan haar vorderingen legt zij ten grondslag dat zij zich bezighoudt met het ter beschikking stellen van personeel op uitzendbasis aan bedrijven in de glastuinbouw en dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.