JOL 2005, 253
Verkeersaansprakelijkheid. Botsing automobilist met bromfietser waarbij niet vaststaat wie door rood licht is gereden. Bewijslast en bewijsrisico. Gevaarzettend handelen door oprijden kruising bij groen licht voordat is gecontroleerd of deze daadwerkelijk vrij is. Eigen schuld bromfietser?: art. 6:101 BW; maatstaf; wederzijdse causaliteit; billijkheidscorrectie.
HR 22-04-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AS2026 (Stad Rotterdam/Ibrahim)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 april 2005
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C03/269HR
- Conclusie
A-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
AS2026
- Roepnaam
Stad Rotterdam/Ibrahim
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verkeersrecht / Aansprakelijkheid
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AS2026, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑04‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AS2026, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑04‑2005
Essentie
Verkeersaansprakelijkheid. Botsing automobilist met bromfietser waarbij niet vaststaat wie door rood licht is gereden. Bewijslast en bewijsrisico. Gevaarzettend handelen door oprijden kruising bij groen licht voordat is gecontroleerd of deze daadwerkelijk vrij is. Eigen schuld bromfietser?: art. 6:101 BW; maatstaf; wederzijdse causaliteit; billijkheidscorrectie.
Gezien de omstandigheden die het hof in zijn oordeel heeft betrokken, ligt in 's hofs oordeel besloten dat moet worden aangenomen dat wanneer de automobilist (thans eiser tot cassatie) — veronderstellenderwijs aangenomen dat deze de kruising bij groen licht is opgereden — voorzichtiger het kruisingsvlak was ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.