AV&S 2006, 5
HR, 01-04-2005, nr. C04/030HR: Protocol-II
HR 01-04-2005, ECLI:NL:HR:2005:AS6006, m.nt. B.M. Jonk-van Wijk, K. Baetsen (Protocol-II)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 april 2005
- Zaaknummer
C04/030HR
- Noot
B.M. Jonk-van Wijk, K. Baetsen
- LJN
AS6006
- Roepnaam
Protocol-II
- JCDI
JCDI:ADS875328:1
- Vakgebied(en)
Volkshuisvesting en wonen / Algemeen
Verbintenissenrecht (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2005:AS6006, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑04‑2005
ECLI:NL:HR:2005:AS6006, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑04‑2005
- Wetingang
ZFW art. 83b; BW art. 3:310 lid 1
Essentie
De bekendheidseis van art. 3:310 BW in relatie tot het zelfstandig verhaalsrecht
Uitspraak
De Hoge Raad heeft op 1 april 2005 een arrest gewezen waarin onder meer een beslissing is gegeven over de vraag op welk moment de verjaring van een vordering krachtens een zelfstandig wettelijk verhaalsrecht gaat lopen. Hierna zullen we allereerst de relevante passages uit het arrest met betrekking tot de verjaringsproblematiek weergeven. Vervolgens zullen we deze passages bespreken. Tot slot zullen we kort aandacht besteden aan de mogelijke consequenties van dit arrest op de nog onbesliste vraag op welk moment de vordering van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.