JOW 2006, 22
wederrechtelijk verkregen voordeel; cassatiemiddel
HR 21-12-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR4898
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 december 2004
- Magistraten
Koster, Van Schendel, Ilsink
- Zaaknummer
0108404
- LJN
AR4898
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Onbekend (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AR4898, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑12‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AR4898, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑12‑2004
- Wetingang
Essentie
wederrechtelijk verkregen voordeel; cassatiemiddel
Samenvatting
Voor onderzoek door de Hoge Raad komen alleen in aanmerking middelen van cassatie als in de wet bedoeld. De algemene niet nader toegelichte klacht dat de bewezenverklaring niet uit de gebezigde bewijsmiddelen kan worden afgeleid, kan niet gelden als een stellige en duidelijke klacht over de schending van een bepaalde rechtsregel en/of het verzuim van een toepasselijk vormvoorschrift door de rechter die de bestreden uitspraak heeft gewezen. Deze klacht moet derhalve onbesproken blijven.
Partij(en)
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1942, wonende te [woonplaats].
Uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.