JOL 2004, 669
Verzoek toepassing schuldsaneringsregeling; afwijzingsgrond van art. 2B8 lid 2 sub b F.: ontbreken goede trouw bij ontstaan schulden; risico onduidelijkheid voor schuldenaar?
HR 17-12-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR3647
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 december 2004
- Magistraten
Mrs. R. Herrmann, J.B. Fleers, D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens
- Zaaknummer
R04/023HR
- Conclusie
A-G D.W.F. Verkade
- LJN
AR3647
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AR3647, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑12‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AR3647, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑12‑2004
Essentie
Verzoek toepassing schuldsaneringsregeling; afwijzingsgrond van art. 2B8 lid 2 sub b F.: ontbreken goede trouw bij ontstaan schulden; risico onduidelijkheid voor schuldenaar?
Blijk van een onjuiste rechtsopvatting geeft 's hofs oordeel dat, nu niet kan worden beoordeeld of de schuldenaar ten aanzien van het ontstaan van bepaalde schulden te goeder trouw is geweest, deze onduidelijkheid voor risico van de schuldenaar behoort te komen, zodat het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling op de voet van art. 288 lid 2 sub b F. kan worden afgewezen.
Partij(en)
[Verzoeker], wonende te [woonplaats], verzoeker tot cassatie, adv. mr. E. Grabandt.
tegen
Voorgaande uitspraak
[Verzoeker], wonende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.