NJ 2005, 199
Faillissement; verrekening; strekking art. 54 Fw.
HR 19-11-2004, ECLI:NL:PHR:2004:AR3137, m.nt. P. van Schilfgaarde (ING/Gunning, ING Bank/Gunning)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 november 2004
- Magistraten
Mrs. R. Herrmann, H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C03/189HR
- Conclusie
A-G Timmerman
- Noot
P. van Schilfgaarde
- LJN
AR3137
- Roepnaam
ING/Gunning
ING Bank/Gunning
- JCDI
JCDI:ADS143450:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AR3137, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑11‑2004
ECLI:NL:PHR:2004:AR3137, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 19‑11‑2004
- Wetingang
Fw art. 54
Essentie
Faillissement; verrekening; strekking art. 54 Fw.
Indien een debiteur van de schuldenaar zijn schuld aan deze voldoet door storting op diens bankrekening, maakt de bank zich door creditering van die rekening tot debiteur van de schuldenaar. Wanneer de bank daarbij niet te goeder trouw is in de zin van art. 54 Fw, verzet deze bepaling zich ertegen dat de bank zich op schuldvergelijking beroept. Dit geldt onverschillig of de bank voor, dan wel na de faillietverklaring van haar rekeninghouder een beroep op verrekening heeft gedaan. In het onderhavige geval (de bank heeft met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.