NJ 2005, 392
Strafvorderlijk optreden (huiszoeking) dat een ander dan de verdachte treft; aansprakelijkheid Staat?; égalité-beginsel. Art. 6:101 BW.
HR 17-09-2004, ECLI:NL:PHR:2004:AO7887, m.nt. J.B.M. Vranken (Uzi-arrest)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 september 2004
- Magistraten
Mrs. P. Neleman, H.A.M. Aaftink, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C03/068HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- Noot
J.B.M. Vranken
- LJN
AO7887
- Roepnaam
Uzi-arrest
- JCDI
JCDI:ADS114562:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AO7887, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑09‑2004
ECLI:NL:PHR:2004:AO7887, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑09‑2004
- Wetingang
BW art. 6:101; BW art. 6:162
Essentie
Strafvorderlijk optreden (huiszoeking) dat een ander dan de verdachte treft; aansprakelijkheid Staat?; égalité-beginsel. Art. 6:101 BW.
Ook indien een overheidshandeling op zichzelf niet als onrechtmatig kan worden aangemerkt, is de overheid op grond van onrechtmatige daad aansprakelijk voor de onevenredig nadelige gevolgen van zodanige handeling, dat wil zeggen de gevolgen die buiten het normale maatschappelijk risico of het normale bedrijfsrisico vallen en die op een bepaalde groep burgers of instellingen drukken. De vraag of in een bepaald geval de gevolgen buiten het normale maatschappelijk risico of het normale bedrijfsrisico vallen, moet worden beantwoord met inachtneming van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.