RvdW 2004, 89
Huur: door huurder bij einde huur niet ‘weggenomen’ veranderingen; aanspraak op vergoeding op grond van ongerechtvaardigde verrijking?
HR 25-06-2004, ECLI:NL:PHR:2004:AP4373 (Dupomex/De Haas-Duijvelaar)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 juni 2004
- Magistraten
Mrs. P. Neleman, J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, E.J. Numann
- Zaaknummer
C03/080HR
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
AP4373
- Roepnaam
Dupomex/De Haas-Duijvelaar
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verbintenissenrecht / Overige verbintenissen
Huurrecht / Verplichtingen huurder en verhuurder
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AP4373, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑06‑2004
ECLI:NL:PHR:2004:AP4373, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑06‑2004
- Wetingang
BW art. 6:212; BW art. 7:215; BW art. 7:216; BW art. 7A:1598 oud; BW art. 7A:1603 oud
Essentie
Huur: door huurder bij einde huur niet ‘weggenomen’ veranderingen; aanspraak op vergoeding op grond van ongerechtvaardigde verrijking?
De vraag of een huurder aanspraak kan maken op een vergoeding op grond van ongerechtvaardigde verrijking voor door hem aangebrachte veranderingen die hij bij het einde van de huur niet heeft weggenomen, kan slechts bevestigend worden beantwoord indien bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven. Daarbij kan onder meer van belang zijn wat uit de huurovereenkomst of uit nadere afspraken van partijen voortvloeit t.a.v. het aanbrengen van veranderingen aan het gehuurde, in hoeverre de huurder de kosten die hij voor het aanbrengen van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.