JOL 2004, 332
Ontbinding arbeidsovereenkomst. Doorbreking rechtsmiddelenverbod: ontvankelijkheid cassatieberoep.
HR 18-06-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO6932
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 juni 2004
- Magistraten
Mrs. P. Neleman, E.J. Numann, F.B. Bakels
- Zaaknummer
R03/119HR
- Conclusie
A-G de Vries Lentsch-Kostense
- LJN
AO6932
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO6932, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑06‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO6932, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑06‑2004
Essentie
Ontbinding arbeidsovereenkomst. Doorbreking rechtsmiddelenverbod: ontvankelijkheid cassatieberoep.
Indien in het onderhavige geval al grond zou bestaan voor doorbreking van het rechtsmiddelenverbod, zou tegen de bestreden beschikking hoger beroep moeten zijn ingesteld; nu tegen de ontbindingsbeschikking van de kantonrechter cassatieberoep is ingesteld, dient niet-ontvankelijkverklaring te volgen.
Partij(en)
[Verzoeker], te [woonplaats], verzoeker tot cassatie, adv. mr. R.A. van der Hansz,
tegen
Art Tower B.V., onder de naam Business Art Service (BAS), te Raamsdonksveer, gemeente Geertruidenberg, verweerster in cassatie, niet verschenen.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 22 mei 2003 ter griffie van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.