NJ 2004, 585
Exoneratiebeding; beperkende werking redelijkheid en billijkheid; motiveringseisen.
HR 18-06-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO6913 (Kuunders/Swinkels)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 juni 2004
- Magistraten
Mrs. R. Herrmann, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, P.C. Kop, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C03/064HR
- Conclusie
A-G Verkade
- LJN
AO6913
- Roepnaam
Kuunders/Swinkels
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO6913, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑06‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO6913, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑06‑2004
- Wetingang
BW art. 6:2; BW art. 6:233; BW art. 6:248
Essentie
Exoneratiebeding; beperkende werking redelijkheid en billijkheid; motiveringseisen.
Een exoneratiebeding dient buiten toepassing te blijven voorzover die toepassing in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn, hetgeen in het algemeen het geval zal zijn als de schade is te wijten aan opzet of bewuste roekeloosheid van de schuldenaar of van met de leiding van zijn bedrijf belaste personen. Daarbij zal de rechter rekening moeten houden met alle omstandigheden waarop door de partij die het beding buiten toepassing gelaten wil zien, zich heeft beroepen. In het bijzonder zal in een geval als het onderhavige in aanmerking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.