FJR 2004, 79
HR, 26-03-2004, nr. R03/076HR
HR 26-03-2004, ECLI:NL:PHR:2004:AO1991
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 maart 2004
- Zaaknummer
R03/076HR
- LJN
AO1991
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AO1991, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑03‑2004
ECLI:NL:PHR:2004:AO1991, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑03‑2004
- Wetingang
Rv art. 800 lid 3; EVRM art. 6
Essentie
Gebrekkige oproep eerste aanleg; herstel in hoger beroep; geen schending processuele belangen van partij
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Het gaat in casu om een verzoek van een gezinsvoogdij-instelling om een minderjarige onder toezicht te stellen en uit huis te plaatsen. Zowel de rechtbank als het hof hebben dit verzoek toegewezen. In cassatie staat de oproeping van de moeder voor de behandeling van het verzoek centraal. De in art. 800 lid 1 Rv bedoelde oproeping heeft de partner van de moeder diezelfde dag omstreeks 15.15 uur bereikt. De behandeling van het verzoek vond plaats om 16.00 uur. Bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.