RvdW 2004, 20
Is tussentijds beroep tegen deelvonnissen, ook wat interlocutoire gedeelte betreft, mogelijk? Verzoek tot verlenen bevoegdheid tot instellen tussentijds beroep tegen tussenvonnis; wijze en tijdstip van indiening; taak rechter.
HR 23-01-2004, ECLI:NL:PHR:2004:AL7051 (Ponteecen)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 januari 2004
- Magistraten
P. Neleman, H.A.M. Aaftink, D.H. Beukenhorst, P.C. Kop, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C02/156HR
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
AL7051
- Roepnaam
Ponteecen
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AL7051, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑01‑2004
ECLI:NL:PHR:2004:AL7051, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑01‑2004
- Wetingang
Rv art. 337 lid 2; Rv art. 401a lid 2
Essentie
Is tussentijds beroep tegen deelvonnissen, ook wat interlocutoire gedeelte betreft, mogelijk? Verzoek tot verlenen bevoegdheid tot instellen tussentijds beroep tegen tussenvonnis; wijze en tijdstip van indiening; taak rechter.
Het naar het thans geldende procesrecht geldende wettelijk verbod om tussentijds beroep in te stellen tegen een tussenvonnis, tenzij de rechter anders heeft bepaald, wordt doorbroken in een geval waarin tussen dezelfde partijen meer vorderingen ter beoordeling stonden en de in eerste aanleg oordelende rechter aan een gedeelte van het geschil door een uitdrukkelijk dictum een einde had gemaakt, maar voor een ander gedeelte een interlocutoir tussenvonnis wees. In een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.