NJ 2005, 222
Hoger beroep; ontvankelijkheid; appeldagvaarding uit naam van vennootschap die tijdens appeltermijn door fusie heeft opgehouden te bestaan; herstelmogelijkheden?
HR 09-01-2004, ECLI:NL:PHR:2004:AN7324
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 januari 2004
- Magistraten
Mrs. P. Neleman, J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
C02/199HR
- Conclusie
A-G Verkade
- LJN
AN7324
- JCDI
JCDI:ADS143355:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AN7324, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑01‑2004
ECLI:NL:PHR:2004:AN7324, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑01‑2004
- Wetingang
BW art. 2:309; Rv art. 332 (oud)
Essentie
Hoger beroep; ontvankelijkheid; appeldagvaarding uit naam van vennootschap die tijdens appeltermijn door fusie heeft opgehouden te bestaan; herstelmogelijkheden?
Een rechtsmiddel kan in beginsel alleen worden aangewend door een ten tijde van die handeling (nog) bestaande procespartij. Het doen uitbrengen van een dagvaarding in hoger beroep door een in eerste aanleg als partij opgetreden rechtspersoon die t.g.v. een fusie als bedoeld in art. 2:309 BW inmiddels heeft opgehouden te bestaan, kan niet worden aangemerkt als een niet ter zake doende, zich steeds voor verbetering lenende fout in de aanduiding van een procespartij. Aanvaarding van de mogelijkheid dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.