JOL 2003, 616
Vordering uit onverschuldigde betaling: verjaring; criterium ‘bekend is geworden’ van art. 3:309 BW subjectief.
HR 28-11-2003, ECLI:NL:HR:2003:AK3696 (Diezerpoort/Gemeente Zwolle,Van Hout/Staat)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 november 2003
- Magistraten
P. Neleman, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
C02/131HR
- Conclusie
A-G Keus
- LJN
AK3696
- Roepnaam
Diezerpoort/Gemeente Zwolle
Van Hout/Staat
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Vermogensrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AK3696, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑11‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AK3696, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑11‑2003
Essentie
Vordering uit onverschuldigde betaling: verjaring; criterium ‘bekend is geworden’ van art. 3:309 BW subjectief.
Het criterium ‘bekend is geworden’ in art. 3:309 BW (verjaring vordering uit onverschuldigde betaling) moet subjectief worden opgevat: voor het aanvangen van de verjaringstermijn van de vordering uit onverschuldigde betaling is derhalve vereist dat de schuldeiser daadwerkelijk bekend was met het bestaan van zijn vordering en de persoon van de ontvanger.
Partij(en)
Diezerpoort B.V., te 's‑Gravenhage, eiseres tot cassatie, adv.: mr. P.S. Kamminga,
tegen
De Gemeente Zwolle, te Zwolle, verweerster in cassatie, adv.: mr. J.G. de Vries Robbé.