NJ 2004, 267
Internationaal privaatrecht. Grensoverschrijdende betekening appeldagvaarding; strekking taalvoorschrift van art. 8 EG-Betekeningsverordening.
HR 17-10-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AF9429
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 oktober 2003
- Magistraten
P. Neleman, H.A.M. Aaftink, D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop
- Zaaknummer
C02/089HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AF9429
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal privaatrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AF9429, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑10‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AF9429, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑10‑2003
- Wetingang
EU-Betekeningsverdrag art. 8; EU-Betekeningsverdrag art. 19; EG-Verdrag art. 234
Essentie
Internationaal privaatrecht. Grensoverschrijdende betekening appeldagvaarding; strekking taalvoorschrift van art. 8 EG-Betekeningsverordening.
Bestaat in geval van weigering van de geadresseerde om het aan hem te betekenen stuk in ontvangst te nemen op de grond dat niet aan het taalvoorschrift van art. 8 lid 1 EG-Betekeningsverordening is voldaan de mogelijkheid voor de verzender om het verzuim te herstellen? Zo ja, hoe? Of heeft in dat geval de betekening in het geheel geen werking? De Hoge Raad stelt prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen.
Samenvatting
Thans eiser tot cassatie (hierna ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.