NJ 2004, 573
Overgangsrecht ontnemingswetgeving. Ontneming na vrijspraak.
HR 07-10-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF9473, m.nt. T.M. Schalken
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 oktober 2003
- Magistraten
W.J.M. Davids, G.J.M. Corstens, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
0247002P
- Conclusie
A-G Vellinga
- Noot
T.M. Schalken
- LJN
AF9473
- JCDI
JCDI:ADS141947:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Materieel strafrecht / Sancties
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF9473, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑10‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF9473, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑10‑2003
- Wetingang
Sr art. 24d (oud); Sr art. 36e; Sv art. 577c; EVRM art. 6 lid 2
Essentie
1. Overgangsrecht Wet aanpassing ontnemingswetgeving.
In op of na 1 september 2003 gewezen vonnissen of arresten inzake ontnemingen kan geen vervangende hechtenis meer worden bevolen. Lijfsdwang moet achterwege blijven en vervangende hechtenis moet worden toegepast als het vonnis of arrest waarbij de vervangende hechtenis is bevolen vóór 1 september 2003 onherroepelijk is geworden, maar op die datum wat betreft de vervangende hechtenis nog niet geheel is tenuitvoergelegd. Vonnissen of arresten, gewezen vóór 1 september 2003 waarbij vervangende hechtenis is bevolen, maar die op die datum nog niet onherroepelijk waren geworden, moeten wat betreft de vervangende hechtenis niet worden tenuitvoergelegd. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.