RvdW 2003, 143
Toelating tot bewijs bindende eindbeslissing t.a.v. bewijslastverdeling? Vordering tot vergoeding tegoed aan vakantiedagen; bewijslastverdeling.
HR 12-09-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AF8560
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 september 2003
- Magistraten
G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, H.A.M. Aaftink, D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein
- Zaaknummer
C02/029HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AF8560
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AF8560, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑09‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AF8560, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑09‑2003
- Wetingang
BW art. 7:641; Rv art. 399
Essentie
Toelating tot bewijs bindende eindbeslissing t.a.v. bewijslastverdeling? Vordering tot vergoeding tegoed aan vakantiedagen; bewijslastverdeling.
Nu de Rechtbank alvorens enige verdere beslissing te nemen de werknemer overeenkomstig zijn uitdrukkelijk daartoe strekkende aanbod heeft toegelaten tot bewijslevering van feiten die voor de beoordeling van het geschil van partijen van belang zijn, zonder daarbij een oordeel te geven over de vraag wie van partijen bewijs moet leveren en welke de gevolgen daarvan zijn, bevatten de desbetreffende overwegingen van de Rechtbank geen uitdrukkelijk en zonder voorbehoud gegeven beslissing over de bewijslastverdeling en stuiten de daartegen gerichte cassatieklachten af op het bepaalde in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.