NJ 2003, 524
Verdeling huwelijksgoederengemeenschap; verdeling bij helfte; afwijking in zeer uitzonderlijke omstandigheden; voorovereenkomst tot opstellen huwelijkse voorwaarden; vereiste notariële tussenkomst.
HR 27-06-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AF7541 (Zweedse vrouw)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 juni 2003
- Magistraten
P. Neleman, D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, F.B. Bakels
- Zaaknummer
R02/057HR
- Conclusie
A-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
AF7541
- Roepnaam
Zweedse vrouw
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AF7541, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑06‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AF7541, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑06‑2003
- Wetingang
BW art. 1:100 lid 1; BW art. 1:115; BW art. 6:2; BW art. 6:226
Essentie
Verdeling huwelijksgoederengemeenschap; verdeling bij helfte; afwijking in zeer uitzonderlijke omstandigheden; voorovereenkomst tot opstellen huwelijkse voorwaarden; vereiste notariële tussenkomst.
Afwijking van de regel dat een ontbonden algehele gemeenschap van goederen — behoudens in geval van een echtscheidingsconvenant — bij helfte moet worden verdeeld, is niet geheel uitgesloten doch kan niet dan in zeer uitzonderlijke omstandigheden worden aangenomen. Een rechtvaardiging voor een afwijking kan niet worden gevonden in de omvang van het door één der partijen aangebrachte vermogen en in de omstandigheid dat tussen partijen overeenstemming zou bestaan over het alsnog, na de huwelijkssluiting opstellen van (enige vorm van) huwelijkse ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.