RvdW 2003, 100
Procedure tot rekening en verantwoording; oud recht; omvang verplichting tot afleggen rekening en verantwoording; twee-fasenstructuur.
HR 23-05-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AF9085
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 mei 2003
- Magistraten
R. Herrmann, J.B. Fleers, H.A.M. Aaftink, A.G. Pos, A. Hammerstein
- Zaaknummer
C01/279HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
AF9085
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AF9085, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑05‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AF9085, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑05‑2003
- Wetingang
Rv (oud) art. 772; Rv (oud) art. 773; Rv (oud) art. 774; Rv (oud) art. 775; Rv (oud) art. 776; Rv (oud) art. 777; Rv (oud) art. 778; Rv (oud) art. 779
Essentie
Procedure tot rekening en verantwoording; oud recht; omvang verplichting tot afleggen rekening en verantwoording; twee-fasenstructuur.
Bij het afleggen van rekening en verantwoording kunnen ook bezwaren aan de orde komen m.b.t. gemiste inkomsten die er hadden moeten zijn geweest, en werkelijke uitgaven die niet hadden mogen worden gedaan. De verplichting van thans verweerster in cassatie om rekening en verantwoording af te leggen omvat in een situatie als de onderhavige (conservatoir beslag met sequestratie) ook de verplichting zulks te doen ten aanzien van het door de gerechtelijk bewaarder gevoerde beheer. Het stelsel der wet staat niet eraan in de weg dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.