NJ 2002, 393
Antillenzaak. Pauliana bij vordering onder opschortende voorwaarde. Vennootschapsrecht: tegenstrijdig-belangregeling; informatieverplichting bestuur op straffe vernietigbaarheid betrokken besluit; nietigheid overeenkomst. Processueel ondeelbare rechtsverhouding.
HR 03-05-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AD9618, m.nt. P. van Schilfgaarde (Brandao/Joral,Da Costa Gomez/Joral)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 mei 2002
- Magistraten
P. Neleman, A.E.M. van der Putt-Lauwers, H.A.M. Aaftink, A.G. Pos, A. Hammerstein
- Zaaknummer
R00/110HR
- Conclusie
A-G Bakels
- Noot
P. van Schilfgaarde
- LJN
AD9618
- Roepnaam
Brandao/Joral
Da Costa Gomez/Joral
- JCDI
JCDI:ADS114870:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AD9618, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑05‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AD9618, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑05‑2002
- Wetingang
BW (oud) (Ned. Antillen) art. 1358; BW (oud) (Ned. Antillen) art. 1858; BW art. 2:146; BW art. 3:45; BW art. 6:26; K (oud) art. 51; K (Ned. Antillen) art. 124
Essentie
Antillenzaak. Pauliana bij vordering onder opschortende voorwaarde. Vennootschapsrecht: tegenstrijdig-belangregeling; informatieverplichting bestuur op straffe vernietigbaarheid betrokken besluit; nietigheid overeenkomst. Processueel ondeelbare rechtsverhouding.
Een borg heeft jegens de hoofdschuldenaar een regresvordering onder de opschortende voorwaarde dat hij als borg heeft betaald. Ook aan de schuldeiser van een vordering onder opschortende voorwaarde komt in beginsel een beroep op de Pauliana toe; wél moet de schuldeiser van een voorwaardelijke vordering bij gemotiveerde betwisting door de schuldenaar, aannemelijk maken dat een voldoende concrete kans bestaat dat de voorwaarde wordt vervuld en de vordering opeisbaar wordt en dat in dat geval het verhaal wordt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.