NJ 2003, 355
Hoger beroep. Verbetering en aanvulling van hetgeen in eerste aanleg is gedaan of nagelaten; goede procesorde. Verbod wijziging van eis bij niet-verschijnen van een of meer gedaagden. Belang in cassatie.
HR 01-03-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AD7319, m.nt. H.J. Snijders (Schneijderberg)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 maart 2002
- Magistraten
G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, A.E.M. van der Putt-Lauwers, J.B. Fleers, D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
C00/063HR
- Conclusie
P-G Hartkamp
- Noot
H.J. Snijders
- LJN
AD7319
- Roepnaam
Schneijderberg
- JCDI
JCDI:ADS114500:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AD7319, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑03‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AD7319, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑03‑2002
- Wetingang
Rv (oud) art. 134; BW art. 3:303
Essentie
Hoger beroep. Verbetering en aanvulling van hetgeen in eerste aanleg is gedaan of nagelaten; goede procesorde. Verbod wijziging van eis bij niet-verschijnen van een of meer gedaagden. Belang in cassatie.
Van een appellant die bij memorie van grieven nieuwe stellingen aanvoert, daarbij gebruikmakend van de gelegenheid tot verbetering en aanvulling van hetgeen bij in eerste aanleg heeft gedaan of nagelaten, kan niet gevergd worden dat hij een rechtvaardiging voor zijn (eerdere) verzuim geeft, zulks op straffe van terzijdestelling van zijn nieuwe stelling wegens strijd met een goede procesorde. Slechts onder bijzondere omstandigheden kan dit wellicht anders zijn. Aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.