JOW 2003, 18
gelijkheidsbeginsel
HR 18-12-2001, ECLI:NL:HR:2001:AD5207
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 december 2001
- Magistraten
Davids, Corstens, Van Dorst
- Zaaknummer
0338600
- LJN
AD5207
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Onbekend (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AD5207, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑12‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AD5207, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑12‑2001
- Wetingang
Sv art. 348
Essentie
gelijkheidsbeginsel
Samenvatting
De enkele omstandigheid dat derden wier gedragingen evenzeer als die van verdachte het voorwerp van strafvervolging zouden dienen te zijn ten onrechte niet worden vervolgd, leidt niet tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging van verdachte (vgl. HR NJ 1996, 527, rov. 7.7). Hoewel het Hof heeft verzuimd een met redenen omklede beslissing te geven op het hierop geënte beroep op schending van het gelijkheidsbeginsel, behoeft dit derhalve niet tot cassatie te leiden.
Uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden van 11 mei ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.