NJ 2001, 68
Formele rechtskracht? Buitenwettelijke beroepsmogelijkheid.
HR 22-12-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA9139
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 december 2000
- Magistraten
P. Neleman, R. Herrmann, H.A.M. Aaftink, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
C99/098HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
AA9139
- JCDI
JCDI:ADS63874:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Overheidsfinanciën / Gemeentebeleid
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursprocesrecht / Administratief beroep
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Beroep
Bestuursprocesrecht / Bezwaar
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2000:AA9139, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑12‑2000
ECLI:NL:HR:2000:AA9139, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑12‑2000
- Wetingang
Essentie
Formele rechtskracht? Buitenwettelijke beroepsmogelijkheid.
Het Hof heeft met zijn overweging dat betrokkene in haar vordering tot verlening van uitstel van betaling ter zake van de aanslagen rioolrechten niet-ontvankelijk is omdat geen gebruik is gemaakt van de door B&W gecreëerde rechtsgang, miskend dat noch bij of krachtens de Algemene Wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet of de Awb noch bij enige andere wettelijke regeling een beroepsmogelijkheid is gegeven tegen de beslissing op een verzoek om uitstel van betaling, zodat betrokkene zich zonder meer tot de burgerlijke rechter kon wenden.
Samenvatting
De Gemeente heeft aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.