NJ 2000, 640
Appartementsrechten. Wijziging splitsingsakte; redelijke grond weigering medewerking; invloed contractuele gebondenheid jegens verkoper/aannemer.
HR 26-05-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA5964, m.nt. W.M. Kleijn
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 mei 2000
- Magistraten
H.L.J. Roelvink, P. Neleman, R. Herrmann, J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
R98/170HR
- Conclusie
A‑G De Vries Lentsch-Kostense
- Noot
W.M. Kleijn
- LJN
AA5964
- JCDI
JCDI:ADS157867:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht / Algemeen
Goederenrecht / Eigendom, bezit en houderschap
Goederenrecht / Genotsrechten
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA5964, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑05‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA5964, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑05‑2000
- Wetingang
BW art. 5:120; BW art. 5:140; BW art. 6:231; BW art. 6:217
Essentie
Appartementsrechten. Wijziging splitsingsakte; redelijke grond weigering medewerking; invloed contractuele gebondenheid jegens verkoper/aannemer.
Contractuele gebondenheid van koper van appartementsrecht aan ‘centrale verhuur’ geldt in beginsel slechts jegens wederpartij (verkoper/aannemer) en niet tevens jegens de andere appartementseigenaren. De omstandigheid dat de koper zich contractueel heeft verbonden tot centrale huur behoort mee te wegen bij de beantwoording van de vraag of een redelijke grond bestaat voor weigering mee te werken aan wijziging in de splitsingsakte inhoudende dat uitsluitend centrale verhuur is toegestaan, doch deze omstandigheid is niet doorslaggevend.
Samenvatting
Geschil tussen appartementseigenaren omtrent wijziging van de splitsingsakte. Naar aanleiding van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.