NJ 2000, 553
Antilliaanse zaak. Concordantiebeginsel. Doorwerking exoneratiebeding: wettelijk stelsel; ‘vrije hand’ en gewekt vertrouwen; ‘betrokken derde’.
HR 21-01-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA4429, m.nt. J.B.M. Vranken (ODS/Curaçao Port Services)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 januari 2000
- Magistraten
Roelvink, Neleman, Heemskerk, Herrmann, Kop
- Zaaknummer
R98/094HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- Noot
J.B.M. Vranken
- LJN
AA4429
- Roepnaam
ODS/Curaçao Port Services
- JCDI
JCDI:ADS63948:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA4429, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑01‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA4429, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑01‑2000
- Wetingang
Statuut art. 23; Cassatiereg. Ned. Antillen en Aruba art. 1; BW (Ned. Antillen) art. 1357; Rv (oud) art. 419
Essentie
Antilliaanse zaak. Concordantiebeginsel. Doorwerking exoneratiebeding: wettelijk stelsel; ‘vrije hand’ en gewekt vertrouwen; ‘betrokken derde’.
Voor een uitzondering op het ook naar Antilliaans recht geldend beginsel dat contractuele bedingen alleen van kracht zijn tussen handelende partijen, moet voldoende rechtvaardiging kunnen worden gevonden in de aard van het desbetreffende geval waarbij ook het wettelijk stelsel in het oog moet worden gehouden. Het beginsel van concordantie van rechtspraak brengt mee dat wat betreft het vraagstuk van doorwerking van exoneratiebedingen de positie van bij zeevervoer ingeschakelde zelfstandige opdrachtnemers zoals stuwadoors naar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.