RvdW 1999, 197
Strafrechtelijk beslag. Onrechtmatige daad Staat? Gebrek aan belang. Art. 1 Eerste Protocol bij EVRM.
HR 10-12-1999, ECLI:NL:PHR:1999:AA3840
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 december 1999
- Magistraten
Neleman, Jansen, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
C98/164HR
- Conclusie
A-G Langemeijer)
- LJN
AA3840
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA3840, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑12‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:AA3840, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑12‑1999
- Wetingang
BW art. 6:162; Sv art. 118; EVRM 1e Protocol art. 1
Essentie
Strafrechtelijk beslag. Onrechtmatige daad Staat? Gebrek aan belang. Art. 1 Eerste Protocol bij EVRM.
De Officier van Justitie heeft jegens betrokkene onder wie strafrechtelijk beslag was gelegd, een onrechtmatige daad gepleegd door met overtreding van de in het belang van betrokkene gestelde wettelijke bepaling van art. 118 lid 3 (oud) Sv de omstreden sieraden aan een ander af te geven zonder van het voornemen daartoe vooraf aan betrokkene mededeling te doen. Bij de klacht dat het Hof zulks heeft miskend mist betrokkene belang omdat hij geen schade kan hebben geleden door de weigering of de onmacht ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.