NJ 2000, 64
Rechtbank wijst verzoek om ontslag uit psychiatrisch ziekenhuis af waarbij zij haar beslissing baseert op een niet tot het dossier behorende brief.
HR 05-11-1999, ECLI:NL:PHR:1999:ZC3128
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 november 1999
- Magistraten
Roelvink, Van der Putt-Lauwers, Fleers
- Zaaknummer
R99/159HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
ZC3128
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZC3128, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑11‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:ZC3128, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑11‑1999
- Wetingang
BOPZ art. 8
Essentie
Rechtbank wijst verzoek om ontslag uit psychiatrisch ziekenhuis af waarbij zij haar beslissing baseert op een niet tot het dossier behorende brief.
De klacht dat de rechtbank haar beslissing ten onrechte mede heeft gebaseerd op een niet tot de gedingstukken behorende en in die stukken ook niet genoemde brief, op de inhoud waarvan verzoeker niet heeft kunnen reageren, is gegrond. De brief van 5 nov. 1998 bevindt zich niet onder de gedingstukken en wordt daarin ook niet genoemd. Noch uit het proces-verbaal van de mondelinge behandeling, noch uit de aangevallen beschikking blijkt dat genoemde brief bij die behandeling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.