RvdW 1999, 153:Huur: art. 7A:1624 BW of Huurwet / rechtsgevolg aanzegging ontruiming bij vormverzuim / opzegging; redelijkheid en billijkheid

RvdW 1999, 153

Huur: art. 7A:1624 BW of Huurwet / rechtsgevolg aanzegging ontruiming bij vormverzuim / opzegging; redelijkheid en billijkheid

Documentgegevens:

HR 22-10-1999, ECLI:NL:HR:1999:ZC2996 (Theole/ABN AMRO)

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 22 oktober 1999
Magistraten: Mijnssen, Heemskerk, Van der Putt-Lauwers, Fleers, Kop
Zaaknummer: C98/069HR
Conclusie: A-G Hartkamp)
LJN: ZC2996
Roepnaam: Theole/ABN AMRO
Vakgebied(en): Huurrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1999:ZC2996, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑10‑1999
Wetingang: BW art. 7A:1606; BW art. 7A:1607; BW art. 7A:1624; Huurwet art. 28c; Huurwet art. 28d

Essentie

Huur: art. 7A:1624 BW of Huurwet. Rechtsgevolg aanzegging ontruiming bij vormverzuim. Opzegging; redelijkheid en billijkheid.

In kader beantwoording van vraag of overeenkomst moet worden gekwalificeerd als huur van bedrijfsruimte als bedoeld in art. 7A:1624 BW, heeft rechtbank juiste maatstaf aangelegd. Niet blijk van onjuiste rechtsopvatting geeft oordeel rechtbank dat niet-inachtneming van de (door art. 28c lid 1 Huurwet) voor de aanzegging van de ontruiming voorgeschreven vorm niet leidt tot nietigheid van de aanzegging nu deze de huurder zo tijdig heeft bereikt dat zij gedurende de volle in art. 28d lid 1 Huurwet vermelde termijn gebruik heeft kunnen maken ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.