JAR 1999, 195
HR, 03-09-1999, nr. C98/056HR
HR 03-09-1999, ECLI:NL:HR:1999:ZC2956
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 september 1999
- Magistraten
Mrs Mijnssen, Korthals Altes, Herrmann, Fleers en De Savornin Lohman
- Zaaknummer
C98/056HR
- LJN
ZC2956
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZC2956, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑09‑1999
- Wetingang
BW art. 7:616; BW (oud) art. 7A:1638
Samenvatting
Uitleg CAO; rechtsverwerking.
Bij uitleg CAO Beroepsgoederenvervoer over de Weg moet ervan worden uitgegaan dat voor de opgespaarde ‘tijd-voor-tijduren’ (een bijzondere vorm van overuren), evenals voor overuren het geval is en zoals in de verhouding werkgever-werknemer overigens ook zonder meer voor de hand ligt, steeds een vergoeding wordt ontvangen. Niet blijk van onjuiste rechtsopvatting geeft oordeel dat ‘louter stilzitten’ beroep op rechtsverwerking niet kan dragen.
(Ontleend aan JOL 1999, 8)
Partij(en)
Y. BV, te Z., eiseres tot cassatie, adv. mr T. Scholtus,
tegen
X., te Z., verweerder in cassatie, adv. mr M.M. Bonsen-Lemmers.