NJ 1999, 343
Terugvordering bijstand / appeltermijn; duur en aanvang
HR 12-02-1999, ECLI:NL:HR:1999:ZC2845
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 februari 1999
- Magistraten
Roelvink, Korthals Altes, Herrmann, Van der Putt-Lauwers, Fleers
- Zaaknummer
R98/035
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
ZC2845
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZC2845, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑02‑1999
- Wetingang
ABW art. 66 (oud); Wet 15 april 1992 Stb. 193 art. X
Essentie
Terugvordering bijstand. Appeltermijn; duur en aanvang.
Inleidend verzoekschrift is ingediend vóór 1 jan. 1996: beroepstermijn bedraagt vier weken en vangt aan op dag na verzending beschikking en niet tevens ‘in ieder geval’ op moment dat betrokkene kennis neemt van beschikking.
Samenvatting
Gemeente vordert ‘leenbijstand’ terug van betrokkene. Van toewijzende beschikking van kantonrechter van 6 dec. 1995 komt betrokkene op 27 maart 1997 in hoger beroep. Hij voert aan dat hij pas op 29 jan. 1997 kennis heeft gekregen van de bestreden beschikking n.a.v. door griffie op 27 febr. 1997 aan hem verzonden brief. Desalniettemin verklaart de rechtbank hem ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.