NJ 2000, 17
Buurweg door bestemming; bewijs; noodweg? Grenzen rechtsstrijd. Verrassingsbeslissing?
HR 12-02-1999, ECLI:NL:HR:1999:ZC2847, m.nt. W.M. Kleijn
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 februari 1999
- Magistraten
Martens, Korthals Altes, Heemskerk, Van der Putt-Lauwers, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16643
C97/122
- Conclusie
A-G De Vries Lentsch-Kostense
- Noot
W.M. Kleijn
- LJN
ZC2847
- JCDI
JCDI:ADS63331:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZC2847, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑02‑1999
- Wetingang
BW art. 719 (oud); Rv (oud) art. 48; Rv (oud) art. 176
Essentie
Buurweg door bestemming; bewijs; noodweg? Grenzen rechtsstrijd. Verrassingsbeslissing?
In kader beantwoording vraag of is bewezen dat pad tot buurweg was bestemd, heeft hof terecht beoordeeld of gebruik van pad door één van buren als gebruik als noodweg moest worden aangemerkt in welk geval dat gebruik niet kon dienen tot bewijs dat pad tot buurweg was bestemd. Hof aldus niet buiten grenzen rechtsstrijd getreden; ook geen verrassingsbeslissing.
Samenvatting
In geding is de vraag of een (mede) tot het perceel van de familie H. behorend onverhard 3 meter breed pad vóór 1 januari 1992 is bestemd tot buurweg voor gemotoriseerd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.