NJ 1999, 319
Aansprakelijkheid Waterschap voor schade door te hoog water; reactie op klacht; bewijswaardering / grenzen rechtsstrijd
HR 08-01-1999, ECLI:NL:HR:1999:ZC2813, m.nt. A.R. Bloembergen (Waterschap West-Friesland/Kaagman)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 januari 1999
- Magistraten
Roelvink, Korthals Altes, Herrmann, Van der Putt-Lauwers, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16754
C97/233
- Conclusie
A-G Spier
- Noot
A.R. Bloembergen
- LJN
ZC2813
- Roepnaam
Waterschap West-Friesland/Kaagman
- JCDI
JCDI:ADS48753:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZC2813, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑01‑1999
- Wetingang
BW art. 6:162; Rv (oud) art. 48; Rv (oud) art. 176; Rv (oud) art. 179; Rv (oud) art. 332
Essentie
Aansprakelijkheid Waterschap voor schade door te hoog water; reactie op klacht; bewijs waardering. Grenzen rechtsstrijd.
In het onderhavige geval gaat het om de vraag wat het Waterschap te doen staat indien aldaar een klacht binnenkomt over het waterpeil. Het hof heeft een juiste maatstaf aangelegd door van het Waterschap te eisen dat het adequaat op deze klacht reageert door een onderzoek in te stellen en zo nodig, afhankelijk van de uitkomst daarvan, de noodzakelijke en mogelijke maatregelen te treffen. Het hof heeft voorts niet miskend dat aan het Waterschap daarbij een zekere beleidsvrijheid toekomt. Aan feitenrechter voorbehouden waardering bewijsmateriaal. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.