Ondernemingsrecht 1999, 18
HR, 23-12-1998, nr. 34 191
HR 23-12-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2554, m.nt. H.G.M. Dijstelbloem
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 december 1998
- Zaaknummer
34 191
- Noot
H.G.M. Dijstelbloem
- LJN
AA2554
- JCDI
JCDI:ADS878040:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2554, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑12‑1998
Essentie
Winst
Voorziening bij ontbreken van rechtsverhouding?
Uitspraak
Feiten
Belanghebbende en haar echtgenoot houden zich in firmaverband bezig met de exploitatie en bemiddeling van het expeditiebedrijf. Zij beschikken zelf niet over een wagenpark, doch besteden het transport uit aan een aantal (vaste) transportondernemingen.
In geschil is of belanghebbende ten laste van de winst over 1994 een voorziening mag vormen ter zake van een toekomstige solvabiliteitsbijdrage aan vaste transporteurs met als doel hen financieel te ondersteunen zodat zij kunnen voortbestaan in een markt met steeds verder dalende marges.
Het Hof 's-Hertogenbosch weigerde de voorziening. Er was geen sprake van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.