NJ 1999, 174
Wet BOPZ / vordering gedwongen opname op voet Wet BOPZ na verstrijken termijn verlenging tbs / détournement de pouvoir / geneeskundig onderzoek; termijn vijf dagen
HR 20-11-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZC2781
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 november 1998
- Magistraten
Roelvink, Neleman, Heemskerk, Herrmann, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
R98/140
- Conclusie
A-G Hartkamp
- LJN
ZC2781
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Penitentiair recht (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZC2781, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑11‑1998
- Wetingang
Essentie
Wet BOPZ. Vordering gedwongen opname op voet Wet BOPZ na verstrijken termijn verlenging tbs. Détournement de pouvoir. Geneeskundig onderzoek; termijn van vijf dagen.
Het enkele feit dat vordering verlenging tbs niet tijdig is ingediend staat niet eraan in de weg dat officier van justitie gebruik maakt van hem in art. 2 lid 1 Wet BOPZ gegeven bevoegdheid. Onderzoek met oog op mogelijke verlenging tbs moet op één lijn worden gesteld met onderzoek als bedoeld in art. 5 lid 1 Wet BOPZ; termijn van vijf dagen is niet van toepassing.
Samenvatting
Nadat de terbeschikkingstelling op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.