NJ 1998, 743
Huurovereenkomst; uitleg; gerechtvaardigd vertrouwen grenzen rechtsstrijd in appel
HR 26-06-1998, ECLI:NL:PHR:1998:AD2905 (Sint Willibrordus/Van Lochem)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 juni 1998
- Magistraten
Roelvink, Neleman, Heemskerk, Jansen, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16586
C97/065
- Conclusie
A-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
AD2905
- Roepnaam
Sint Willibrordus/Van Lochem
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AD2905, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑06‑1998
ECLI:NL:PHR:1998:AD2905, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑06‑1998
- Wetingang
BW art. 7A:1596; Rv (oud) art. 332; Rv (oud) art. 347
Essentie
Huurovereenkomst; uitleg; gerechtvaardigd vertrouwen. Grenzen rechtsstrijd in appel.
De regel dat geïntimeerde geen incidenteel appel behoeft in te stellen om een niet prijsgegeven stelling in de beoordeling in appel betrokken te zien geldt niet in geval het gaat om stellingen ten grondslag gelegd aan primaire vordering terwijl deze vordering definitief is afgewezen en het appel zich slechts richt tegen toewijzing van de subsidiaire vordering. Geen blijk van onjuiste rechtsopvatting geeft oordeel dat huurders in casu erop mochten vertrouwen dat zij bevoegd waren auto in de tuin te parkeren.
Samenvatting
In dit geding heeft de verhuurster, een woningbouwvereniging, primair ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.