RvdW 1998, 103
Internationaal privaatrecht; verjaring revindicatie; toepasselijk recht en aanvang termijn; onrechtmatige daad.
HR 08-05-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZC2644 (Klooster in een landschap,Land Sachsen,Jan van der Heyden)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 mei 1998
- Magistraten
Snijders, Korthals Altes, Herrmann, Jansen, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16546
C97/025
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
ZC2644
- Roepnaam
Klooster in een landschap
Land Sachsen
Jan van der Heyden
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Internationaal privaatrecht (V)
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZC2644, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑05‑1998
- Wetingang
BW art. 2004 (oud); BW art. 3:86a; BW art. 3:310a; UNESCO Conventie inzake de illegale import, export en eigendomsoverdracht van cultuurgoederen 1970; EG-Richtlijn nr. 93/7; Unidroit Convention on the International Return of Stolen or Illegally Exported Cultural Objects 1995
Essentie
Internationaal privaatrecht; kunstroof; verjaring revindicatie; toepasselijk recht en aanvang termijn; onrechtmatige daad.
Op revindicatie van een in 1990 in Nederland opgedoken, in 1945 in Duitsland gestolen, schilderij is Nederlands recht van toepassing als lex rei sitae ten tijde van instellen revindicatie. Beroep op internationale regelingen inzake kunstroof en op redelijkheid en billijkheid faalt. Aanvang verjaringstermijn is niet afhankelijk van wetenschap eigenaar. Geen onrechtmatige daad van degene die na verjaring koopt.
Samenvatting
In 1945 is een schilderij, toentertijd toebehorende in eigendom aan de rechtsvoorganger van het Land Sachsen, gestolen en vermoedelijk meegenomen naar de toenmalige U.S.S.R. In 1990 heeft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.