AB 1999, 149
Huiszoeking en inbeslagname op verzoek van Amerikaanse autoriteiten; legaliteitsbeginsel; ontbreken wettelijke, c.q. verdragsrechtelijke basis; verdrag verplicht tot medewerking aan verzoeken tot huiszoeking en inbeslagname ‘in accordance with its laws and practices’; niet een ieder verbindend
HR 09-01-1998, ECLI:NL:PHR:1998:ZC2542, m.nt. Th.G. Drupsteen (Arubaanse huiszoeking)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 januari 1998
- Magistraten
Roelvink, Royer, Neleman, Herrmann, Jansen
- Zaaknummer
8915
- Conclusie
A-G Langemeijer
- Noot
Th.G. Drupsteen
- LJN
ZC2542
- Roepnaam
Arubaanse huiszoeking
- JCDI
JCDI:ADS864552:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal publiekrecht (V)
Bestuursprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZC2542, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑01‑1998
ECLI:NL:PHR:1998:ZC2542, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑01‑1998
- Wetingang
Essentie
Huiszoeking en inbeslagname op verzoek van Amerikaanse autoriteiten; legaliteitsbeginsel; ontbreken wettelijke, c.q. verdragsrechtelijke basis; verdrag verplicht tot medewerking aan verzoeken tot huiszoeking en inbeslagname ‘in accordance with its laws and practices’; niet een ieder verbindend.
Samenvatting
Bij de beoordeling van de aldus door het middel aan de orde gestelde vraag moet worden vooropgesteld dat, gezien het te dezer zake in acht te nemen legaliteitsbeginsel, voor de toepassing in het kader van internationale rechtshulp van dwangmiddelen als de onderhavige — waardoor inbreuk op grondrechten wordt gemaakt — een wettelijke, c.q. verdragsrechtelijke grondslag onontbeerlijk is.
Zodanige grondslag valt niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.