NJ 1998, 348
Als onrechtmatig te kwalificeren bedrijfsbezetting gevolgd door faillissement vennootschap / vergeefse klachten tegen oordeel hof dat i.c. geen uitzondering behoort te lijden regel dat indien vennootschap vermogensschade wordt toegebracht door gedraging derde die tegenover vennootschap onrechtmatig is, alleen vennootschap uit dien hoofde schadevergoeding kan vorderen
HR 12-12-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZC2526, m.nt. J.M.M. Maeijer (Ventaz)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 december 1997
- Magistraten
Roelvink, Royer, Neleman, Herrmann, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16468
- Conclusie
A-G Mok
- Noot
J.M.M. Maeijer
- LJN
ZC2526
- Roepnaam
Ventaz
- JCDI
JCDI:ADS156756:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Insolventierecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:ZC2526, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑12‑1997
- Wetingang
BW art. 6:162; Rv (oud) art. 5; Rv (oud) art. 140; Rv (oud) art. 141; Rv (oud) art. 347; Rv (oud) art. 419
Essentie
Als onrechtmatig te kwalificeren bedrijfsbezetting gevolgd door faillissement van de betrokken vennootschap. Vergeefse klachten tegen oordeel hof dat in onderhavige geval geen uitzondering behoort te lijden de regel dat indien aan een vennootschap vermogensschade wordt toegebracht door een gedraging van een derde die tegenover de vennootschap onrechtmatig is, alleen de vennootschap uit dien hoofde schadevergoeding kan vorderen.
Samenvatting
Enig aandeelhoudster van een vennootschap vordert veroordeling van vakbond tot vergoeding van schade doordat haar aandelen in de vennootschap als gevolg van de bedrijfsbezetting en het daarop gevolgde faillissement niets meer waard zijn. In cassatie staat niet ter discussie dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.