NJ 1998, 164
Ouderlijk gezag na echtscheiding opgedragen aan vader; belang kind / reactie op conclusie OM moet binnen twee weken bij Hoge Raad ingekomen zijn
HR 21-11-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZC2505
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 november 1997
- Magistraten
Roelvink, Heemskerk, Jansen
- Zaaknummer
9006
- Conclusie
A-G i.b.d. Moltmaker
- LJN
ZC2505
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:ZC2505, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑11‑1997
- Wetingang
BW art. 1:251; Rv (oud) art. 328
Essentie
Ouderlijk gezag na echtscheiding opgedragen aan de vader; belang van het kind.
Reactie op de conclusie van het Openbaar Ministerie moet binnen twee weken bij de Hoge Raad ingekomen zijn.
Samenvatting
Het hof stond voor de moeilijke vraag wie van de ouders, die naar zijn oordeel blijkens de verschillende rapportages beiden in beginsel geschikt zijn om de verzorging en opvoeding van A. (hierna: het kind) op zich te nemen, behoort te worden belast met het gezag over het kind. Het heeft zich bij zijn beslissing dienaangaande terecht laten leiden door het belang van het kind. Bij zijn beoordeling van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.