NJ 1998, 384:Rechtskarakter aan Waarborgfonds in 27 lid 1 WAM toegekende recht van verhaal tegen degene die (al dan niet verwijtbaar) zijn verzekeringsplicht niet is nagekomen / verjaring / subsidiaire karakter aansprakelijkheid Waarborgfonds

NJ 1998, 384

Rechtskarakter aan Waarborgfonds in 27 lid 1 WAM toegekende recht van verhaal tegen degene die (al dan niet verwijtbaar) zijn verzekeringsplicht niet is nagekomen / verjaring / subsidiaire karakter aansprakelijkheid Waarborgfonds

Documentgegevens:

HR 07-11-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZC2482

Instantie: Hoge Raad
Datum: 7 november 1997
Magistraten: Snijders, Mijnssen, Heemskerk, Herrmann, De Savornin Lohman
Zaaknummer: 16328
Conclusie: A-G De Vries Lentsch-Kostense
LJN: ZC2482
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Verkeersrecht / Aansprakelijkheid
Verzekeringsrecht / Schadeverzekering
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1997:ZC2482, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑11‑1997
Wetingang: WAM art. 10; WAM art. 26; WAM art. 27; WVW art. 31 (oud)

Essentie

Rechtskarakter van het aan het Waarborgfonds in art. 27 lid 1 WAM toegekende recht van verhaal tegen degene die (al dan niet verwijtbaar) zijn verzekeringsplicht niet is nagekomen. Verjaring. Subsidiaire karakter aansprakelijkheid Waarborgfonds.

Samenvatting

Het Waarborgfonds zoekt voor de door het fonds vergoede schade, ex art. 27 lid 1 WAM — meer dan 3 jaar na een ongeval — verhaal op de eigenaar van de onverzekerde auto.

Het in art. 27 lid 1 WAM aan het Waarborgfonds toegekende recht van verhaal is een eigen recht, niet een recht dat bij wijze van subrogatie of anderszins ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.