NJ 1999, 266
Ontslag kennelijk onredelijk in zin 7A:1639s (oud) BW omdat gevolgen voor werknemer te ernstig zijn in vergelijking belangen werkgever / voor beoordeling onredelijkheid na ontslag intredende omstandigheden slechts van indirect belang / karakter schadevergoeding die rechter naar billijkheid kan toekennen
HR 17-10-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZC2457, m.nt. P.A. Stein (Schoonderwoert Waterwerken/Schoonderwoerd)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 oktober 1997
- Magistraten
Roelvink, Korthals Altes, Neleman, Herrmann, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16283
- Conclusie
A-G Asser
- Noot
P.A. Stein
- LJN
ZC2457
- Roepnaam
Schoonderwoert Waterwerken/Schoonderwoerd
- JCDI
JCDI:ADS142627:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:ZC2457, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑10‑1997
- Wetingang
BW art. 7A:1639s (oud); BW art. 7:681
Essentie
Ontslag kennelijk onredelijk in de zin van art. 7A:1639s (oud) BW omdat gevolgen voor werknemer te ernstig zijn in vergelijking belangen werkgever. Voor beoordeling onredelijkheid zijn na ontslag intredende omstandigheden slechts van indirect belang. Karakter schadevergoeding die rechter naar billijkheid kan toekennen.
Samenvatting
Het gaat hier om een schadevergoeding die de rechter volgens het eerste lid van art. 7A:1639s (oud) BW, indien een der partijen de dienstbetrekking kennelijk onredelijk doet eindigen, naar billijkheid aan de wederpartij kan toekennen. Het bedrag van een dergelijke schadevergoeding wordt door de rechter bepaald aan de hand van alle omstandigheden van het geval ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.