JOW 1998, 1
wederrechtelijk verkregen voordeel
HR 01-07-1997, ECLI:NL:HR:1997:AB7714
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 juli 1997
- Magistraten
Hermans, Davids, Bleichrodt, Corstens, Aaftink
- Zaaknummer
104908P
- LJN
AB7714
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:AB7714, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑07‑1997
- Wetingang
Sr art. 36e
Essentie
wederrechtelijk verkregen voordeel
Samenvatting
Door verdachte zijn sieraden ontvreemd met een waarde van F. 140.000. De verdachte, van wie — naar zijn zeggen — deze sieraden onder bedreiging met geweld afhandig gemaakt waren, verklaarde dat hij met een heler was overeengekomen dat hij voor de sieraden ƒ 20.000 zou ontvangen. Zowel de rechtbank als het Hof bepaalden het voordeel op de prijs die het gestolene in het criminele circuit op had kunnen brengen.
Mede op grond van de parlementaire geschiedenis nam de Hoge Raad aan dat, mede gelet op het reparatoire karakter van de maatregel, bij de bepaling van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.