NJ 1997, 497
Verrekening dwangsom verbeurd voor niet nakomen omgangsregeling met kinderalimentatie / redelijkheid en billijkheid
HR 24-01-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZC2258, m.nt. J. de Boer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 januari 1997
- Magistraten
Snijders, Mijnssen, Korthals Altes, Neleman, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16181
- Conclusie
A-G Asser
- Noot
J. de Boer
- LJN
ZC2258
- JCDI
JCDI:ADS96360:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:ZC2258, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑01‑1997
- Wetingang
BW art. 1:377a; BW art. 406; BW art. 6:2; BW art. 135
Essentie
Verrekening dwangsom verbeurd voor niet nakomen omgangsregeling met kinderalimentatie. Redelijkheid en billijkheid.
Samenvatting
Nu de vrouw in persoon tot nakoming van de omgangsregeling is veroordeeld verbeurt zij, ingeval zij in gebreke blijft aan die veroordeling te voldoen, ook in persoon de dwangsom. De Hoge Raad laat in het midden of bij deze stand van zaken in gevallen dat moet worden aangenomen dat de vrouw zelf rechthebbende op de door de man verschuldigde kinderalimentatie is, het karakter van de dwangsom als middel om druk uit te oefenen op de persoon van de moeder, gezien in verband met de bestemming van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.