NJ 1997, 153
Rechtsverwerking t.a.v. door slachtoffer verkeersongeval tegen dader ingestelde vordering
HR 29-11-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2212
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 november 1996
- Magistraten
Roelvink, Heemskerk, Herrmann, Jansen, De Savornin Lohman
- Zaaknummer
16071
- Conclusie
A-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
ZC2212
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC2212, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑11‑1996
- Wetingang
BW art. 6:2; BW art. 6:162
Essentie
Rechtsverwerking t.a.v. door slachtoffer verkeersongeval tegen dader ingestelde vordering.
Samenvatting
Falende motiveringsklachten tegen 's hofs oordeel dat het slachtoffer bijna dertig jaar na het ongeval op grond van een afweging van alle omstandigheden, waaronder de bewijspositie, haar recht heeft verwerkt om een vordering tot schadevergoeding tegen de dader in te stellen.
Partij(en)
Aleida Maria Johanna Derksen, te Zevenaar, eiseres tot cassatie, adv. mr. E. Grabandt,
tegen
Antoon Franciscus Gerardus Hoffmans, te Babberich, gemeente Zevenaar, verweerder in cassatie, adv. mr. R.V. Kist.
Voorgaande uitspraak
Rechtbank:
2. De vaststaande feiten
De rechtbank gaat uit van de volgende vaststaande feiten als niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.