NJ 1997, 63
Bijstandsverhaal / overschrijding appeltermijn; verkeerde ‘Rechtsmittelbelehrung’ aan voet beschikking / geen verschoonbaar verzuim (6:11 Awb)
HR 04-10-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2164 (V./Lelystad)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 oktober 1996
- Magistraten
Snijders, Roelvink, Mijnssen, Korthals Altes, Neleman, Asser
- Zaaknummer
8793
- LJN
ZC2164
- Roepnaam
V./Lelystad
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Hoger beroep
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
Bestuursprocesrecht / Administratief beroep
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Beroep
Bestuursprocesrecht / Bezwaar
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC2164, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑10‑1996
- Wetingang
Rv (oud) art. 805; Rv (oud) art. 828i; AWB art. 6:11
Essentie
Bijstandsverhaal. Overschrijding appeltermijn; verkeerde ‘Rechtsmittelbelehrung’ aan voet beschikking. Geen verschoonbaar verzuim (art. 6:11 Awb).
Samenvatting
De onjuiste mededeling van de griffier kan niet de wettelijke regeling omtrent de beroepstermijn opzij zetten. De vraag of niet-ontvankelijkheid achterwege moest blijven op de grond dat ‘redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest’ heeft het hof ontkennend beantwoord. Juist is dat het daarbij beslissend heeft geacht dat het beroepschrift is ingediend door de advocaat die de man ook in eerste aanleg had bijgestaan, en dat dit meebrengt dat — behoudens in geval van bijzondere omstandigheden waarvan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.