NJ 1997, 495
Rolrichtlijnen Haagse Rechtbank ‘recht’ van 99 Wet RO
HR 28-06-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2117, m.nt. H.J. Snijders (Rolrichtlijn)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 juni 1996
- Magistraten
Royer, Mijnssen, Korthals Altes, Heemskerk, Nieuwenhuis
- Zaaknummer
16012
- Conclusie
A-G Asser
- Noot
H.J. Snijders
- LJN
ZC2117
- Roepnaam
Rolrichtlijn
- JCDI
JCDI:ADS63192:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Staatsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC2117, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑06‑1996
- Wetingang
RO art. 99
Essentie
Rolrichtlijnen Haagse Rechtbank zijn recht in de zin van art. 99 Wet RO.
Samenvatting
De in het vonnis genoemde rolrichtlijnen zijn aan te merken als ‘recht’ in de zin van art. 99 Wet RO. De in mei 1987 door de Rechtbank te 's‑Gravenhage vastgestelde rolrichtlijnen hebben het karakter van door die rechtbank vastgestelde regels omtrent de uitoefening van haar rolbeleid, welke regels weliswaar niet kunnen gelden als algemeen verbindende voorschriften omdat zij niet krachtens enige wetgevende bevoegdheid zijn gegeven, maar de rechter wel op grond van algemene beginselen van behoorlijke rechtspleging binden, en zich naar hun ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.